Akkelien Hettinga
Bedrijfskundig Adviseur
088 2532306 | ahettinga@alfa.nl
31 december 2020 | Door: Akkelien Hettinga
Vanaf 1 januari 2021 wordt de fosfaatplaatsingsruimte niet langer gebaseerd op de P-Al of Pw-waarde. Voor zowel gras- als bouwland wordt de fosfaattoestand voortaan bepaald op basis van twee indicatoren: het P‑Al getal en het zogeheten P-PAE getal (ofwel P-Cl2-getal). Daarnaast veranderen de klassenindelingen van de fosfaattoestand. Inmiddels is er ook duidelijkheid over de overgangsregeling voor grondmonsters.
De nieuwe regelgeving kan forse gevolgen hebben voor de mestruimte in 2021 (zie tabellen). In eerdere nieuwsberichten werd al vermeld dat in sommige gevallen de plaatsingsruimte met meer dan één derde afneemt. Dit speelt voornamelijk op de kalkhoudende gronden, zoals de meeste zeeklei gebieden. Voor akkerbouwers en extensieve melkveehouders betekent een verlaging van de fosfaatplaatsingsruimte een beperking in de aanvoer van meststoffen. Voor intensievere melkveehouders kunnen de effecten nog groter zijn. Minder fosfaatplaatsingsruimte betekent meer mest afvoeren en verwerken. Daarnaast levert het mogelijk problemen op in het kader van de Wet Grondgebonden Groei Melkveehouderij. In dat geval moet er extra land in gebruik worden genomen en/of de fosfaatproductie van de veestapel worden verkleind.
Tot op heden was het onduidelijk of grondmonsters die na 15 mei 2020 waren genomen wel mee konden tellen binnen de regels, zoals deze gelden tot eind dit jaar. Voor de bestaande grondmonsters is een overgangsregeling gepubliceerd. Het wetsvoorstel houdt in dat grondmonsters die op uiterlijk 31 december 2020 zijn gestoken, ook zonder het P-PAE-getal gebruikt kunnen worden. De fosfaattoestand en bijbehorende fosfaatgebruiksnormen, zoals deze gelden tot eind dit jaar, blijven dan nog 4 jaar van toepassing. Deze regeling is nog niet definitief, maar ligt tot 8 januari 2021 ter inzage en zal dan met terugwerkende kracht per 1 januari ingaan.
Bij veel monsters die de afgelopen jaren zijn genomen, is naast de P-Al en Pw waarde ook al het P-PAE getal bepaald. Als het monster uiterlijk 31 december 2020 is gestoken, mag er gekozen worden tussen de oude methode (P-Al/Pw-waarde) of de nieuwe methode (P-Al en P-PAE) met bijbehorende fosfaatklassen en -normen. In de Gecombineerde opgave vanaf 2021 moet aangegeven worden of er gebruik gemaakt wordt van de oude of nieuwe methode. Daarbij geldt nog steeds dat een grondmonster op 15 mei van het betreffende jaar niet ouder mag zijn dan 4 jaar. Specifiek voor de fosfaattoestand ‘arm’ geldt dat de oude methode alleen gebruikt mag worden als de bodemanalyse uiterlijk 15 mei 2020 bekend was en het reeds in de Gecombineerde opgave is vermeld.
De gevolgen van de nieuwe fosfaattoestanden kunnen per bedrijf sterk verschillen. Wellicht is het raadzaam om gebruik te maken van de overgangsregeling voor de bodemanalyses, of zelf nog dit jaar nieuwe monsters te laten nemen. Wilt u meer weten over uw bedrijfsspecifieke situatie? Neem dan contact met ons op.