Derogatie 2023 aanvragen? Uiterlijk 7 april!
28 februari 2023 | Door: Maaike Groot
Tussen 2 maart en 7 april kunnen boeren de derogatievergunning voor 2023 aanvragen. Vanaf dit jaar veranderen sommige voorwaarden. Zo wordt de derogatie in vier jaar afgebouwd. Voor bepaalde regio’s geldt de lagere norm en in sommige gebieden vervalt de derogatie al per direct. Bedrijven die door de afbouw van derogatie extra kosten maken, kunnen subsidie ontvangen.
De hoeveelheid extra stikstof uit dierlijke mest, boven de norm van 170 kilogram, wordt de komende jaren steeds lager. Zie de tabel in het eerder verschenen nieuwsartikel.
Met nutriënten verontreinigde gebieden
Voor zand- en lössgrond in Overijssel, Gelderland, Utrecht, Noord-Brabant en Limburg gold al een lagere derogatienorm. Vanaf 2023 is dat ook het geval in de gebieden van de waterschappen Hollands Noorderkwartier, Delfland en Brabantse Delta, ongeacht de grondsoort. In deze ‘met nutriënten verontreinigde gebieden’ gelden ook eisen voor grasland scheuren en telen van een vanggewas na mais.
Natura 2000-gebieden en grondwaterbeschermingsgebieden
Vanaf 2023 kun je geen derogatie meer krijgen voor percelen in Natura 2000-gebieden of in grondwaterbeschermingsgebieden. Voor andere percelen is dat wel mogelijk. De derogatieverplichtingen gelden echter voor alle percelen. Concreet betekent dit dat ook de landbouwpercelen in Natura 2000- en grondwaterbeschermingsgebieden bemonsterd moeten worden, en meetellen in de 80%-graslandberekening.
Bufferstroken en derogatie
Vanaf 2023 is het voor het GLB verplicht om bufferstroken langs alle waterlopen te hebben. Vanaf 1 maart geldt deze verplichting ook vanuit de mestwetgeving. De verplichte bufferstroken gaan ten koste van de mestplaatsingsruimte. Ze tellen ook niet mee in de berekening van de 80 procent-graslandeis. Houd hier rekening mee als je op de grens zit en voor 2023 derogatie aanvraagt. Lees het artikel ‘Mestuitrijseizoen, waterlopen en bufferstroken’.
Bemestingsplan
Een belangrijke voorwaarde voor derogatie is het opstellen van een bemestingsplan op basis van actuele grondmonsters. Per 1 januari 2023 zijn de regels voor de bemonstering gewijzigd. Voortaan mag de oppervlakte van een perceel binnen een grondmonster maximaal 5 hectare bedragen. Voor bijvoorbeeld 8 hectare moeten er dus twee monsters worden genomen. Voor 2023 geldt dat het bemestingsplan uiterlijk 7 april gereed moet zijn. Voor de grondmonsters geldt waarschijnlijk dat deze op 7 april 2023 niet ouder mogen zijn dan 5 jaar. (RVO noemt 4 jaar op de website)
Mestadministratie ook verplicht voor niet-derogatiebedrijven
De derogatiebeschikking van de Europese Commissie stelt da vanaf januari 2023 alle bedrijven met landbouwgrond verplicht een bemestingsplan opstellen. Hierin worden het bouwplan en het gepland mestgebruik beschreven. Voor alle landbouwers gold al de verplichting om de geteelde gewassen en de mestvoorraden in de administratie te bewaren. In aanvulling op deze bestaande verplichting moet nu voorafgaand aan het bemestingsseizoen, uiterlijk 14 februari, een inschatting gegeven worden van het meststoffengebruik voor het komende kalenderjaar. RVO zal hiervoor een format beschikbar stellen dat ingevuld kan worden en in de administratie kan worden bewaard. Voor 2023 geldt een afwijkende deadline: uiterlijk 14 maart.
Subsidie tegemoetkoming extra kosten
De afbouw van de derogatie zorgt ervoor dat derogatiedeelnemers minder dierlijke mest op hun bedrijf mogen gebruiken. Hierdoor hebben zij extra mestafzetkosten en gaan ze mogelijk meer kunstmest gebruiken. Om boeren te stimuleren hun graslandareaal te behouden, is er een subsidieregeling voor bedrijven die in 2021 of 2022 een derogatievergunning hadden en opnieuw derogatie aanvragen. De subsidie is afhankelijk van de mate van terugval in de mestplaatsingsruimte. Daarbij wordt uitgegaan van een vergoeding van 20 euro per 10 kilogram stikstof uit dierlijke mest per hectare terugval in de mestplaatsingsruimte. De aanvraag kan jaarlijks worden gedaan in de periode vanaf 1 juni tot en met 30 juni bij RVO. Lees hier het artikel over deze subsidie, dat op 3 april geschreven is.